De DocUpdate Terugblik Op 2017 - deel II
1. Last Men In Aleppo
Wat mij betreft zou deze verschroeiende film over de withelmen van Aleppo best een Oscar mogen winnen. Daarbij heeft regisseur Feras Fayyad echter flinke concurrentie. Van een andere film uit Syrië bijvoorbeeld, eveneens over gewone mensen die ver boven zichzelf uitstijgen. Maar daarover zo meteen meer...
Dichter bij de oorlog in Syrië, en de mensen die door die oorlog dreigen te worden vermorzeld, dan in de verpletterende documentaire Last Men In Aleppo (104 min.) kun en zul je niet komen.
In deze direct cinema-film van Feras Fayyad, die de Grand Jury Prize voor Best World Cinema Documentary won op het Amerikaanse Sundance-festival, zit de camera voortdurend in de spreekwoordelijke nek van drie White Helmets, vrijwillige hulpverleners die na gevechten en bombardementen slachtoffers vanonder het puin proberen te halen.
Khalid, Subhi en Mahmoud wagen daarbij geregeld hun leven. Tegelijkertijd zijn het ook drie gewone mannen die lekker dollen met elkaar, een normaal gezinsleven proberen te onderhouden en tussen de loodzware klussen door zelfs de gelegenheid vinden om een vijvertje te maken voor hun goudvissen. Intussen vragen ze zich af of het toch niet verstandiger zou zijn om hun eigen ‘kom’ te ontvluchten en naar het buitenland te vertrekken.
Die menselijke insteek, van gewone mannen die gedwongen door de omstandigheden uitgroeien tot helden, zorgt ervoor dat je je als kijker onvermijdelijk gaat identificeren met de hoofdpersonen van deze kaakslag van een film. En dat komt je bij de hartverscheurende apotheose duur te staan.
2. City Of Ghosts
In De DocUpdate besteed ik doorgaans alleen aandacht aan films die online of op televisie zijn te bekijken - zodat de kijklust die mijn stukje wellicht heeft opgeroepen ook direct kan worden bevredigd. In dit jaaroverzicht maak ik enkele uitzonderingen, zoals voor deze onontkoombare documentaire over Syrische burgerjournalisten, die met gevaar voor eigen leven berichten over de gruwelen van IS.
Het zou me niet verbazen als Matthew Heineman over enkele maanden de Oscar voor beste documentaire in ontvangst mag nemen. In 2016 was hij er al eens dichtbij met Cartel Land (nog steeds te zien op Netflix), een geweldige film over de drugsoorlog die op de grens van de Verenigde Staten en Mexico wordt uitgevochten. De Academy Award ging echter naar Amy, een aansprekende, maar ook wat oppervlakkige documentaire over zangeres Amy Winehouse.
Heinemans volgende film is zo mogelijk een nóg sterkere kandidaat voor de belangrijkste filmprijs (die in de categorie documentaire overigens ook regelmatig de plank misslaat). City Of Ghosts (92 min.) is een mokerslag die je nog dagen op je bakkes voelt: actueel, urgent en superspannend. Niet eerder werd de nefaste ideologie van Islamitische Staat, dat alles wat het Kalifaat voor de voeten loopt letterlijk de kop probeert af te hakken, zo pregnant in beeld gebracht.
De Amerikaanse filmmaker volgt de burgerjournalisten van het collectief Raqqa Is Being Slaughtered Silently, die met gevaar voor eigen leven, en dat van hun dierbaren, proberen te berichten over de dagelijkse dreiging van het leven met/onder IS. Zelfs in het buitenland zijn deze onbekende helden, die de Duivel brutaal in de bek hebben gespuugd, niet meer veilig als IS-cellen worden ingezet om hen met grof geweld uit de weg te ruimen.
De angst die hen begeleidt bij elke stap die ze zetten, elk stuk dat ze schrijven en elke misstand die ze fotograferen of filmen - en de moed die ze ergens diep van binnen toch steeds weer vinden om hun missie te vervolgen - wekt evenveel bewondering als verbazing. Hoe blijf je mens in dit genadeloze kat- en muisspel? Gaandeweg dringt in deze doodenge docu echter het besef door dat ze helemaal geen keuze meer hebben: 'Of we winnen of ze doden ons allemaal.'
3. 0,03 Seconde (2doc)
Deze film van Suzanne Raes, die op dit moment werkt aan een documentaire over ‘de geniale Joodse auto-ingenieur en journalist Josef Ganz’, werd beloond met een Kristallen Film, omdat meer dan 10.000 mensen hem zijn gaan bekijken in de bioscoop. Dat lijkt me een zeer repectabel aantal voor een documentaire. En met de wijsheid van nu, gezien zowel het onderwerp als de kwaliteit van de film, ook niet meer dan logisch.
‘Iedereen kent de Olympisch kampioen’, stelt gouden medaille-winnaar Ferry Weertman in 0,03 Seconde (90 min.). 'Maar hoeveel ken je er die tweede zijn geworden?’ Toch is het een 'verliezer’ die je hart wint in deze documentaire over vijf zwemmers die vorig jaar deelnamen aan de Olympische Spelen in Rio de Janeiro.
Regisseur Suzanne Raes zet haar geld op de even kwets- als aaibare Femke Heemskerk. De andere helden van deze meeslepende film (titelfavoriet Ranomi Kromowidjojo en haar vriend Ferry, de ambitieuze Sebastiaan Verschuren en Heemskerks lange afstandsmaatje Sharon van Rouwendaal) zijn allemaal gepositioneerd rond de lotgevallen van de met haar vorm en gemoed worstelende Femke.
Heemskerks omgang met haar voormalige coach Marcel Wouda wordt geportretteerd als een liefdesaffaire die door omstandigheden niet kan worden geconsumeerd. Intussen zit ze opgescheept met de barse macho Philippe Lucas als trainer, een Franse variant op schaatscoach Peter Müller (die ooit z'n pupil Marianne Timmer verschalkte).
In een verlaten zwembad in het Franse Narbonne bezwijkt Femke bijna onder Lucas’ gestaalde regime, terwijl haar maatje Sharon er juist sterker en sterker van wordt. De beelden van topsporters die in afzondering gedwongen worden het uiterste uit zichzelf te halen behoren tot de grootste troeven van 0,03 Seconde.
Waarschijnlijk werd de sport zwemmen ook nooit eerder van zo dichtbij vastgelegd. Door het sublieme camerawerk, afgetopt met een weelderig geluidsdecor, is het bijna alsof je als kijker zelf onderdeel wordt van die voortdurende race tegen de klok, coach en concurrentie, die slechts een enkeling kan winnen.
De afloop van alle inspanningen (of wie welke medaille wint) mag dan bekend zijn, maar het hoe en waarom van de weg ernaartoe blijft fascinerend. Zeker omdat Suzanne Raes de opofferingen die de zwemmers en hun directe omgeving zich moeten getroosten voor Rio zo groots en tegelijk intiem in beeld brengt; kleine levens, in dienst van grote prestaties.
En Femke? Die schijnt weer terug te zijn bij Marcel.
4. Time Trial (in 2018 in de bioscoop)
Deze documentaire ging in première tijdens het International Documentary Festival Amsterdam, maar is nog niet op televisie of online te bekijken. Na het festival bleef hij echter in mijn hoofd spoken, zoals een loodzware wielerkoers vast nog dagenlang in je benen blijft zitten. En dus deel ik hem hier, in de hoop dat de documentaire komend jaar echt in de Nederlandse bioscoop terecht komt. Want daar komt zeker deze film, een zintuiglijke ervaring bijna, het allerbeste tot zijn recht.
In het Ronde van Vlaanderen-museum te Oudenaarde kun je virtueel De Oude Kwaremont beklimmen en je intussen meten met de groten der wieleraarde. Op zijn best lukt het om even, heel even, aan te klampen. Voordat de man met de hamer de definitieve genadeklap geeft. De overweldigende documentaire Time Trial (82 min.) biedt een gelijksoortige ervaring; als kijker word je onderdeel van het peloton.
Dit betekent overigens niet dat je per definitie ook tot de groten der wieleraarde behoort. Het gros van de beroepsrenners rijdt vooral als pelotonvulling mee en hoopt tegen beter weten in op meer. Dat geldt ook voor de Schot David Millar, die in de nadagen van zijn carrière is aanbeland. Ooit, voor zijn schorsing vanwege dopingsgebruik, reed hij de pannen van het dak. Maar die glorieuze dagen liggen al lang en breed achter hem.
Dat is de context voor deze zinnenprikkelende film van Finlay Pretsell. Millar levert een bijna wanhopige strijd tegen zichzelf, de rest van het peloton én de (biologische) klok, die zijn bestaan als wielrenner stelselmatig begint te ondermijnen. Met de Nederlander Thomas Dekker, ook een voormalige dopingzondaar, als ploeggenoot aan zijn zijde spreekt Millar al zijn reserves aan zodat hij nog eenmaal de Tour de France mag rijden.
Om de kijker in het getergde lijf van de hoofdpersoon te persen en vanuit diens perspectief de koers te laten beleven, trekt Pretsell filmisch alles uit de kast; van spectaculaire cameravoering, waaronder een kleine go pro-camera op Millars gezicht tijdens een tijdrit en adembenemende point of view-beelden van een bergbeklimming, tot een zorgvuldig samengesteld geluidspalet, waarin de dwarse soundtrack van de Amerikaanse deejay en producer Dan Deacon echt het ritme en tempo van de koers vindt.
Time Trial probeert niet zozeer een lineair verhaal te vertellen, maar dwingt je tot een emotionele ontdekkingsreis door de wielersport, waarin je van kopman vrijwel ongemerkt kunt verworden tot knecht - een woord dat buiten de wielrennerij niet voor niets behoorlijk in onbruik is geraakt - of zelfs drager van de Rode Lantaarn. Gelouterd, en helemaal leeg getrokken, bereik je in de slipstream van Millar de eindstreep. En dan begint het gewone leven weer...
5. Pilotenmasker (2doc)
We blijven op het IDFA, met een Nederlandse film die in dezelfde week ook door de NPO werd uitgezonden en diepe indruk op mij maakte. Over kinderen en die verschrikkelijke K-ziekte.
Owen blaast op zijn oranje fluit. Hij wil die tunnel niet in. En papa en mama vinden dat hij er wel in moet. Alleen even een foto maken. Ze beloven een kadootje. Owen gaat uiteindelijk overstag. Hij houdt zijn knuffel stevig vast. Op de achtergrond klinkt Kinderen Voor Kinderen. Raar Maar Waar.
De openingsscène van Simonka de Jongs aangrijpende film Pilotenmasker (94 min.) is een voorbode van wat de kijker nog te wachten staat: kleuters met ‘gemene celletjes’ in hun lichaam, die noodgedwongen worden blootgesteld aan ingrijpende medische onderzoeken en behandelingen. Normale kinderen die verzeild zijn geraakt in volstrekt abnormale situaties.
In de allerbeste ‘direct cinema’-traditie, zonder interviews en met een camera die intiem de (rauwe) werkelijkheid registreert, worden de gebeurtenissen op de afdeling kinderoncologie van het Prinses Máxima Centrum in Utrecht vereeuwigd. De focus ligt daarbij volledig op de kinderen. Ouders, verpleegkundigen en doktoren blijven vaak helemaal buiten beeld of figureren aan de rand van het frame.
Simonka de Jong, kleindochter van de bekende historicus Loe (over wie ze ook een film maakte), verplaatst zich af en toe ook letterlijk in het perspectief van de kinderen en geeft hen een camera in de hand, zodat ze hun eigen belevingswereld kunnen vastleggen. Onderwijl blijven de medici voor hen vechten met hun ziekte.
Laat Het Los, zingt een schattig meisje tegen het einde van Pilotenmasker hartstochtelijk mee met Elsa van de Disney-film Frozen, die ze voor zich ziet op een mobiele telefoon. ‘Laat het gahaaan!’ En haar directe omgeving heeft het even te kwaad.
Het is de opmaat naar de indrukwekkende slotscène van deze afwisselend pijnlijke, vertederende en hartverscheurende film, die terecht kans maakte om te worden uitgeroepen tot beste Nederlandse documentaire tijdens het IDFA.
6. Alicia (2doc)
Nog een topper van het IDFA, beloond met een Special Jury Award For Best Dutch Documentary: de film die Maasja Ooms maakte over het meisje Alicia, dat is veroordeeld tot een jarenlang verblijf in kindertehuizen. De documentaire heeft tevens een autobiografisch karakter: Ooms verbleef zelf ook enige tijd in een kindertehuis. Die betrokkenheid sijpelt door in elke scène van deze film die je in wanhoop achterlaat.
Ze gaat haar hondje van de hand doen via Marktplaats, vertelt Alicia’s moeder. Het is een keilief beestje hoor, maar het heeft een slechte start gemaakt en daar heeft zij het geduld niet voor. Alicia, na haar geboorte uit huis geplaatst, staat erbij. Het negenjarige meisje is een dagje thuis om haar verjaardag te vieren en gaat later weer gewoon terug naar het kindertehuis.
In de aangrijpende fly on the wall-documentaire Alicia (90 min.) volgt Maasja Ooms gedurende drie jaar het verweesde negenjarige kind dat op haar vijfde, na de dood van haar pleegvader bij wie ze enkele jaren heeft gewoond, in een kindertehuis is beland. In de Maashorst in het Brabantse Reek lijkt ze wel op haar plek. ‘Niemand vindt mij lief’, staat er niettemin te lezen in de rapportage van het tehuis. ‘Ik kan er net zo goed niet zijn.’
Gaandeweg gaat het steeds minder goed met de stevig puberende Alicia, die niet meer blijkt te handhaven in Reek en daarna een rondgang door de Nederlandse jeugdzorg moet maken. Intussen probeert ze de relatie met haar moeder, die ook weer haar eigen verhaal blijkt te hebben, in stand te houden. Als kijker zie je het met een kolossale steen in je maag aan. Zijn kwetsbare meisjes zoals Alicia dan nergens op hun plek?
Alicia is zo'n film die je heimelijk blijft achtervolgen en op onverwachte momenten plotseling toeslaat. Als je willekeurige tienermeisjes ziet, als je leest over het belang van hechting in de jongste jeugdjaren of als je, gewoon, heel gewoon, even naar je eigen kinderen kijkt.
7. Wormwood (Netflix)
Op de valreep leverde 2017 nog een fascinerende docuserie op: Wormwood, een koortsdroom in zes fases, waarin regisseur Errol Morris met zowel documentaire- als drama-elementen de gevoelstemperatuur tot gevaarlijke hoogten doet oplopen. Je kunt hier overigens een interessant interview met Morris lezen over de combinatie van die twee stijlvormen (die hem volgens de overlevering bij The Thin Blue Line een Oscar zou hebben gekost).
Was het zelfdoding, een tragisch ongeval of toch moord? Eric Olsons vader viel in 1953 van de dertiende verdieping van een New Yorks hotel en liet een totaal verbijsterd gezin achter. Ruim twintig jaar tastten zijn vrouw en kinderen volledig in het duister over de ware toedracht van zijn dood. Totdat in 1975 uit onderzoek van de zogenaamde Rockefeller-commissie bleek dat Frank Olson het slachtoffer was geweest van een CIA-experiment. Zonder dat hij het wist had iemand LSD in zijn drankje gedaan.
Dat uiterst wrange gegeven vormt het startpunt van de zesdelige serie Wormwood (261 min.) van Errol Morris, die Olsons dood en de meer dan zestig jaar omspannende zoektocht van diens zoon Eric naar de waarheid aangrijpt om een metaverhaal op te tuigen over het eerste slachtoffer in elke (psychologische) oorlog: diezelfde waarheid. In ‘de echokamer van zijn jeugd’ hoort Eric steeds weer de waarschuwende woorden van zijn angstige moeder, die zijn eigen leidmotief zullen worden: ‘Jij zult nooit weten wat er in die kamer gebeurd is.’
Errol Morris, de regisseur van zo'n beetje de allereerste true crime-docu (The Thin Blue Line), het Oscar-winnende portret van de architect van de Vietnam-oorlog (The Fog Of War) en een duizelingwekkende film over het Abu Ghraib-martelschandaal (Standard Operating Procedure), legt in zijn nieuwste tour de force een naargeestige schemerwereld bloot. ‘Als een kind een volwassene voor zich heeft die een masker draagt kan het dat als een spelletje zien’, zegt hoogleraar filosofie Richard Boothby halverwege aflevering twee. ‘Maar als het masker afgaat en er nog een masker onder zit raakt het in paniek. Complete verwarring. Ik denk dat Eric dat ervaren heeft.’
Morris zorgt er intussen wel voor dat Wormwood nooit een reguliere whodunnit wordt. Alternerend tussen traditionele documentaire-sequenties, waarin hij zoals gebruikelijk veel tijd inruimt voor interviews en zorg besteedt aan de setting daarvan, en gedramatiseerde scènes, met Peter Sarsgaard en Molly Parker als het echtpaar Olson dat zijn eigen onheil tegemoet gaat, onthult hij op virtuoze wijze de inktzwarte historie van de CIA, die in de hoogtijdagen van de Koude Oorlog alles uithaalde wat God - of gewoon de Amerikaanse grondwet - verboden had.
Wormwood, een term die is geleend uit Hamlet, is heel veel dingen tegelijkertijd: een schrijnende familiegeschiedenis, verpakt in een enerverende psychologische thriller. Een zeldzaam overtuigende hybride van docu en drama. En een duizelingwekkend labyrint van liefde en verraad om urenlang in te verdwalen. Met de onmiskenbare signatuur van Errol Morris, een van de origineelste documentairemakers van de laatste decennia, die zijn kijkers hier net zo doortrapt manipuleert als die vermaledijde CIA ooit deed.
8. Get Me Roger Stone (Netflix)
In de aller-aller-allereerste DocUpdate schreef ik mijn aller-aller-allereerste stukje over een zojuist verschenen film, die nu de aller-aller-allerlaatse DocUpdate van dit jaar afsluit, die wordt gepubliceerd op de aller-aller-allereerste dag van het nieuwe jaar. Als je begrijpt wat ik bedoel...
Sinds enkele dagen is op Netflix de documentaire Get Me Roger Stone (101 min.) te bekijken. Deze gloednieuwe film documenteert op uiterst soepele wijze de spraakmakende carrière van Trumps smoezelige rechterhand, Roger Stone. Stone knapt sinds jaar en dag smerige karweitjes op voor de huidige Amerikaanse president, zou hoogstpersoonlijk diens back channel naar Wikileaks zijn geweest en werd volgens eigen zeggen vorige week nog door de president geconsulteerd over het veelbesproken ontslag van FBI-directeur James Comey.
Om je een beeld te vormen: de flamboyante Roger Stone heeft op zijn rug een tattoo van ene Richard ‘Tricky Dick’ Nixon, de enige Amerikaanse president die ooit heeft moeten aftreden. Op Comeys ontslag reageerde hij vorige week met een triomfantelijk 'You’re fired!’-tweetje, een verwijzing naar de vaste oneliner van zijn baas in diens succesprogramma The Apprentice ('should have won an Emmy’, aldus the Donald zelf).
In Get Me Roger Stone debiteert de consultant met veel aplomb de ene na de andere politieke straatwijsheid, zogenaamde Stone Rules. Van 'Het is beter om berucht te zijn dan helemaal niet beroemd’ tot 'Politiek is showbusiness voor lelijke mensen’. Of, zijn meest (zelf)onthullende oneliner: 'Haat is een sterkere motivator dan liefde.’
De politieke professional Stone belichaamt zo de verwording van de Republikeinse partij; van de keurige president Eisenhower via de corrupte Nixon naar de ultieme narcist Donald Trump. Dat levert een bruisende film op, die niet alleen erg entertainend en grappig is, maar ook context en achtergrond verschaft bij het fenomeen Trump en de enge politieke wereld die daarachter schuilgaat. Boeiende, maar ook belangrijke documentaire dus
Tot besluit...
Tot zover deze tweedelige terugblik op 2017, een fijn documentairejaar als je het mij vraagt. Voor een compleet overzicht van alle films die ik afgelopen jaar heb beschreven kun je hier terecht.
Volgende week staat De DocUpdate weer met beide benen in de tegenwoordige tijd, met documentaires over de schaduwkant van biobrandstof, de grijze staat en het politieke dier Weiner, dat zichzelf gigantisch in zijn staart bijt.
Op eerste Kerstdag vertoonde de EO overigens de documentaire Hier Ben Ik van Sarah Vos en Sander Snoep, een film over hoe de gegoede burgerij van Bloemendaal, op weg geholpen door de plaatselijke dominee, een weg zoekt tussen ambities en zingeving. Deze allegorie over het moderne leven is hier te bekijken.
Gegroet,
PS
Komende week herhaalt de NPO enkele fijne films: de ultieme plattelandsdocu Brommers Kiek'n (dinsdag), Het Beste Voor Kees over de aandoenlijke Kees die een autismespectrumstoornis heeft (woensdag) en Three Days That Shook Paris (donderdag). Ik zou kijken als je ze nog niet hebt gezien. Op televisie. Of nu al via de 2doc- en YouTube-links hieronder.